RHAPSODY

Cuba Vida

Doe je ogen dicht en stel je eens voor dat je op een strand bent. Het mooiste strand dat je kunt bedenken. Het zand maagdelijk wit en poederzacht. De zee rustig en kalm. Het water kraakhelder en schoon. De kleur van de zee is zo onvoorstelbaar mooi dat het je adem ontneemt. Zonnestralen koesteren je lichaam terwijl je in de branding loopt. Palmbladeren ritselen zachtjes heen en weer. De schaduw ervan is aangenaam verkoelend. Evenals een verfrissende duik. Zie je het voor je? Zie je dit plaatje voor je?
Het is La Sirena het kilometerslange zandstrand op Cayo Largo del Sur. Dit is geen droom. Dit is onze werkelijkheid. Jaloersmakend gewoon.

Zoals we onze reis in Cuba begonnen zijn zo eindigen we hem ook. Langs kleine eilandjes. Na Cayo Sal is Cayo Largo ons laatste eiland die we in Cuba bezoeken.

We maken ons op voor het naderend afscheid van Cuba. Het is gek hoe een land een deel van mezelf gaat worden naarmate we er langer zijn. “It grows on you,” heb ik eens iemand horen zeggen. Ik heb er geen goede vertaling voor. Maar het klopt. Is het me aanpassen aan? Het me eigen maken van de gebruiken? Vergroeien met? Ik voel me in ieder geval verbonden met Cuba. Misschien komt het wel door onze deelname aan de maatschappij doordat we het zout en later ook eieren, niet konden vinden. In de rij staan bij de bakker voor het brood dat ze op dat moment gebakken hebben. In Cuba is iets er wel of niet. Is er veel of is alles op. Belangrijk is dat je weet wanneer een bodega, een staatswinkel waar men betaalt met bonnen, bevoorraad wordt. Datum en tijdstip wordt op het zwarte bord aangegeven. Iedereen krijgt zijn deel en kan eventueel voedsel bijkopen. Er is genoeg zegt men. Toch voel ik me een beetje ongemakkelijk over het schaarse zout dat wij hebben verkregen. Om de eieren die ik eigenlijk niet mocht kopen zonder een bonnenboekje maar toch gekregen heb. En vooral als we met tassen vol de Sparsupermarkt uitlopen met producten die voor ons heel vanzelfsprekend zijn zoals wc-papier en shampoo voor bedragen waar men hier 1 maand of meer van rond moet komen. Ik ben van het land gaan houden niet ondanks maar dankzij de vele dingen die anders gaan dan in onze westerse maatschappij. Het wachten in de rij als sociale bezigheid. Het onschuldige uitje naar de Copellia-ijssalon. Het ons aanspreken als “Marineras” omdat wij duidelijk geen gewone toeristen zijn. Ik denk aan alle slimme oplossingen voor uitdagingen die je hebt als er niets te verkrijgen is. In de periode 1991-1994 net na de val van de Sovjet-Unie kwam Cuba alleen te staan, zonder steun van de USSR. De “speciale periode” volgens Fidel. Mogelijk de zwaarste periode in de geschiedenis van Cuba.Het volk heeft geleerd om de broekriem hard aan te moeten trekken. Materialen hergebruiken en daarna weer. De recycling is hier al jaren de normaalste zaak van de wereld. Nog steeds. Wc’s moet ik soms met een touwtje en plastic dopje doortrekken. Rugleuningen van stoelen worden letterlijk weer gehecht. Paraplu’s worden weer hersteld. Oliedrums worden recht gevouwen en gebruikt voor schuttingen en aanhangerbakken te maken. Moijitos geserveerd in jampotjes. Op kistjes kun je ook zitten in een eetgelegenheid. Zelfgemaakte kinderfietszitjes van een plankje en wat kleine houten balkjes. Dozen beplakt met plakband tegen de regen voor en achterop de fiets om je waar droog te kunnen vervoeren. Een halve tractorband als voederbak voor de paarden. Plastic tassenruil in winkels of gewoon eigen schaaltjes en bakjes meenemen. Vissersbootjes van piepschuim met een trailer op wieltjes van kogellagers. Het nog schaarse gebruik van plastic. Tuurlijk is er ook een schaduwzijde. Die is er altijd. Want hoe het echt zit, komen we niet achter. Hoe het echt is om hier te leven kunnen we alleen naar gissen. ’s Nachts moeten we onze bijboot uit het water halen en op slot doen is niet omdat men bezorgd is om onze eigendommen. Nee, de autoriteiten zijn bang dat men ermee het land uitvlucht. Daar wordt streng op toegezien door de dockmaster die regelmatig langs vaart. Vragen, ik heb nog veel vragen die onbeantwoord blijven. Cuba verandert. Dat is zeker. Dat is te zien aan de producten die men verkoopt in de duurdere winkels. De nieuwe moderne auto’s in het straatbeeld. Zal het sociale aspect, het eerlijk verdelen nog blijven? Het weinige verschil in loon zal dat standhouden? Het gedachtegoed van de revolutie hoe lang zal dat nog worden verkondigd? Cuba verandert, si. Ruim zes weken zijn we in Cuba geweest. Getracht om vooral het authentieke Cuba te vinden. Soms hoefden we maar 1 klein straatje verder te kijken of glimp op te vangen door een openstaande deur. Hoewel de buitenkant er sjofel uitziet, straalt het gebouw vaak van binnen allure uit. Een eiland in de Carieb dat zo onderscheidend is van de rest. Het is teruggaan in een tijd die ik alleen van films ken. Het laat zich niet zo maar vangen in een paar woorden. Cuba moet je beleven. Een klein deel van mezelf laat ik achter bij de mensen die we ontmoet hebben. De kleurrijke bevolking, de vele ervaringen, de geuren van sigaren, fruit en uitlaatgassen en de fantastische muziek neem ik met mij mee. Cuba Vibes is Cuba Vida geworden. Als in een achtbaan laat ik alles keer op keer voorbij komen. Ik wil het gevoel vasthouden zolang ik het kan.

Ik herinner me de sigaar. We ontkomen er niet aan om er ook een te roken. In Viñales, de tabaksschuur van Cuba, hebben we gezien hoe tabak groeit, geoogst en gerold wordt en uiteindelijk ook gerookt wordt. We kregen er een omdat we de euro in de man zijn hand ruilden voor een cuc

Ik denk aan de kip eh.. haan tussen ons in.
Aan de absurd brede wegen. Soms 8-baans en helemaal leeg. Waar een ossenwagen in de brede middenberm staat te wachten om de snelweg over te kunnen steken.

Ik denk aan mijn verjaardag. Groots gevierd met een etentje met de Askari bij Doña Nora. Aan de serveerster die mij ontroert door het spontaan zingen van een emotioneel liefdeslied waarbij iedeeen letterlijk stil is. De salsaband die tot laat speelt in het cafeetje. Aan de volgende ochtend omdat we ruim voor openingstijd van de wasserette in rij moeten zitten anders wordt die dag de was niet meer gedaan. Dus om half 7 het bed weer uit terwijl we voor mijn gevoel er net in liggen. Aan mijn niet te versmaden Coppelia verjaardagsijsje in een kale kantineachtige omgeving.

bijna een Cubaanse

Aan alle moijitos. Heel lekker of helemaal niet.

Aan Che Guevara die overal te vinden is en die nog steeds als voorbeeld dient voor kinderen op school: “Wees zoals Che.”

Telkens flitst er een nieuw plaatje voorbij.

Ik denk aan alle hilarische en gezellige momenten met de bemanning van de Askari.

En aan het geklop op de boot om half zeven ‘s morgens. De harde werkelijkheid. Customs. Zij zijn klaar om ons uit te klaren. Wij zijn nog niet eens in de kleren. Ze zijn een uur te vroeg. Dit is en blijft Cuba. Tot het einde. De Cuba-droom is op de allerlaatste dag van ons visum echt over.

“Cuba is like a prince in a poor man’s coat:

behind the sometimes shabby façades, gold dust lingers.”
Lonely Planet Cuba

3 gedachtes aan “Cuba Vida

  1. Eline

    Ben geëmotioneerd … wat kun je toch prachtig schrijven en ons laten mee (be)leven. Wat is het bijzonder om dit te mogen ervaren door de ogen van de “niet-toerist”, maar de bijzondere reizigers. Want dat is wat jullie bovenal zij. … bijzonder prachtige reiziger (en wat een mooie foto’s)! Xxx

  2. harry

    Helemaal met Eline eens. Schitterend. De kids vragen zich af hoe het leven is voor een Cubaan. Is die gelukkig?