Het is ons gelukt. We liggen in een prachtige baai bij Hakatehau van Ua Pou. Weliswaar niet bij het plaatsje waar het festival gehouden wordt maar wel bij het eiland en op tijd. Nog een week wachten en dan begint het pas. Elke dag wordt de baai voller en voller. We trotseren de deining die ongehinderd vanuit het noordwesten de baai in loopt. We hebben een hekanker uitgebracht om in de richting van de deining te blijven liggen om het heen en weer gaan tegen te gaan en enigszins een comfortabel leefhuis te creëren. We accepteren zelfs een deining van 2 meter, knallende lijnen, een door een andere boot opgehaald anker dus moeten we opnieuw ankeren, losgeslagen boten en dat het gratis vervoer toch betaald vervoer wordt als ik maar naar het festival kan. John blijft de eerste twee dagen van het festival op de boot en houdt alles in de gaten. Ik daarentegen begeef me op het festivalterrein. En ik geniet. Elk moment. En met volle teugen. Overal zijn kleine restaurantjes gecreëerd. De dansers van andere eilanden slapen in gymzalen en andere grote gebouwen. Matras aan matras. In tuinen staan tentjes. Hangmatten hangen tussen 2 bomen. BBQgeuren dwarrelen overal. Souvenirwinkeltjes, tatoe-demonstraties en beeldhouwers kleden het geheel aan.
En ik? Ik begeef me overal.
“Houi, houi, houia!” klinkt uit de mond van onze gids. Een forse man met een ketting van varkenshoektanden om zijn nek voert een dans uit. We staan, met Martine en Régis die ons uitgenodigd hebben om mee te gaan voor een dagtour op het eiland Hiva Oa, op een Me’ae een voormalig heilige plaats. Een plateau van gestapelde stenen en een tiki zijn de enige getuigen van een voorbije tijd. Een tijd met hoofdmannen, priesters, sjamanen, krijgers, kunstenaars en het gewone volk. Met gebruiken en rituelen. Me’ae was de plaats om in contact te komen met de goden en als mens in verbinding te blijven met de aarde. Pifa, onze gids toont met zijn zang en dans zijn respect voor deze locatie. De cultuur en religie werden destijds resoluut en met man en macht verboden door de missionarissen in de 19e eeuw die hier gelijktijdig met de Fransen arriveerden. Alles werd taboe. Tatoeëren, de kleding, de dansen en natuurlijk het geloof in Tiki. Pas in 1986 is de belangstelling voor de cultuur van hun Polynesische voorvaderen weer aangewakkerd nadat het verbod door de kerk opgeheven is. Voor me staat een beeldje van een meter. Grote gesloten ogen zouden duiden op een tevreden toezien op de groep. De oren kunnen elk geluid horen. Ver weg of dichtbij. De armen voor het beschermen door man en vrouw van eventuele nakomelingen. Pifa, de gids, laat ons onze ogen dicht doen en vraagt wat we hier op deze plek voelen. Ik hoor vogels, stromend water, het ruisen van de bomen. Ik ruik aarde, planten en bloemen. Ik voel leven. Leven is precies waar het om gaat. Het is ons enige bezit volgens onze gids. Deze plek heeft alles wat je als mens nodig hebt, gaat Pifa verder. Dit beeldje beeldt tevredenheid uit over het leven.
Pifa heeft het over Mana. Iets binnen in je. Je wordt er mee geboren. Het wordt je doorgegeven door je voorvaderen. Je moet er zorg voor dragen en ontwikkelen. Is het talent, de essentie, de kern, de ziel, een goddelijke kracht? Een invloedrijke hoofdman en in bezit van een sterk Mana zorgt voor kracht, goede oogsten en het welzijn van zijn groep. Krijgers met een machtige Mana zouden wonderen kunnen verrichten. Ik probeer zoveel mogelijk te onthouden en te begrijpen wat de man vertelt. Precies begrijp ik het nog niet helemaal dus vergeef me als dit niet helemaal klopt. Bij een andere heilige plaats, een grotere Me’ae, hangt een bord met een plattegrond. Er staat wat uitleg bij. Het is minimaal. Er is zoveel kennis verloren gegaan.
Onderweg in de auto zet Pifa muziek op. Hij legt uit wat de woorden betekenen. Ik vraag hem hoe ze aan deze liederen komen. Hoe zijn ze door gegeven en bewaard gebleven ondanks het strenge verbod door de eeuwen heen. Het blijkt dat alles opnieuw is geschreven met hulp van de ouderen. “Het draait om respect voor elkaar, de leefomgeving, voor alles,” zegt hij, “het is belangrijk om dat door te geven aan de jeugd.” De dansen noemen ze Haka. De Haka van de Maori’s in Nieuw Zeeland komt hier oorspronkelijk vandaan, legt Pifa uit. Ook de naam maori is een naam van hier maar dan Ma’ohi. Pifa vertelde ons dat vanuit de Markiezen alle andere eilanden ontdekt zijn zoals Hawaii, Rapa Nui en zelfs Nieuw Zeeland. Ik breng de Kon Tiki ter sprake. Pifa weerlegt de theorie resoluut. De oorsprong van de mensen op de Markiezen ligt in het westen. Wel heeft men overzeese reizen gemaakt naar het Zuid-Amerikaanse continent en men stond dus in verbinding met elkaar.
’s Avonds kijken we naar het oefenen van de dansen door de groep uit Hiva Oa. Grote metershoge trommels soms wel meer dan 2 meter hoog bepalen het ritme. Vroeger waren deze bespannen met haaienhuid. Nu vervangen door die van een koe. Voor ons speelt iets af wat ik kan horen, zien en vooral kan voelen. De zware drumtonen dreunen door mijn lichaam. De mannen zingen, grommen bijna, zowel bij in en uitademen met een ongelooflijk volume. Degene die het voortouw neemt blaast op een hoorn waarna uit zijn tenen een oerkreet volgt. Dames zingen de mooiste klanken. Ik begrijp er niets van maar het laat me verre van koud. Dit oefenen is niet zomaar oefenen voor een festival over een paar weken. Het dansen wordt met zoveel passie en eerbied uitgevoerd. Het staat voor iets wat verder gaat dan ik begrijpen kan. Is dit Mana of respect dat ze tonen voor de gebruiken van weleer. Op mijn huid verschijnt kippenvel en een brok blijft hangen in mijn keel. Diep onder de indruk lopen John en ik in het donker terug naar Rhapsody. Een betere voorbereiding op het festival, de dag met Pifa en het dansen, kan bijna niet.
Ik sta met mijn voeten in het water. Om mij heen klink luid gejuich en geschal uit houten hoorns. De huiden van de trommels worden met grote slagen in beweging gebracht. De dames bewegen op het ritme. De mannen starten hun dans terwijl ‘La pirogue traditionelle’ dichterbij komt. Ze hebben letterlijk niet veel om ’t lijf. Het zijn stoere tao’s, krijgers, met fantastische tatoeages. Vanmorgen is uit Ua Nuka de traditionele zeilboot, pirogue, vertrokken.
Drie mannen slaan met lange bamboe scheuten op het strand en de golven. Uit de boot wordt een Tikibeeld gedragen met kokosnoten en anderen planten als gift voor het ontvangende eiland Ua Pou.
’s Middags is er een grandioze opening voor alle genodigde en belangrijke gasten. Elk eiland stelt zich zelf voor. Een groep uit Tahiti en Rapa Nui zijn ook deelnemers.
Le Grand Defilé is inderdaad groots. Bijna 1000 dansers komen voorbij in kledij van natuurlijke materialen. Als ze aan het eind allemaal tegelijk een dans uitvoeren ben ik volledig in de ban. Mahau Katahi O te Henua Enana, de varkens dans brengen ze ten tonele.
En de dag is nog niet voorbij. Ook ’s Avonds staan er 2 groepen op het programma. Na de show ga ik op zoek naar mijn taxi. Een rit van een uur over een stuivende en stuiterende weg langs een schitterende kust in het donker brengt me terug bij de steiger. John heeft vanaf 23.00u op de uitkijk gestaan. Pas rond enen ben ik met de laatste taxi terug en ziet hij mij en een paar anderen staan. In de dinghy roeit hij naar me toe en brengt me thuis. Lang lig ik te stuiteren van energie in mijn bed. Ik ben er zo vol van dat het ik blijf maar ratelen over de dag.
Op de tweede dag sta ik op het grote veld en in de rij voor Kaikai, eten. Ik heb een schaal van bamboe in mijn handen. Ik ben zomaar ergens gaan staan. Overal waren rijen en deze was nou eenmaal de dichtstbijzijnde. Als ik na een tijdje wachten een blik kan werpen op het eten wat ik hier krijg, moet ik even slikken. Grote houten schalen vol met halve rauwe krabbetjes. Een andere is gevuld met schaaldieren.
Gedurende de reis heb ik ze regelmatig tegen rotsen geplakt zien zitten en ze vergeleken met pissebedden en die worden nu in mijn bakje geschept. Ik laat ook wat Maniok, een gemarineerde banaan, gepureerde broodvrucht en een stukje varkens vlees in mijn bakje vallen. Ik neem plaats op een bankje naast een paar anderen. Ik herken ze het zijn een paar dansers van Fatu Hiva. Ik kijk naar mijn eten. Ik neem een hap van de broodvrucht. Een plakkerige meelbal stuitert in mijn mond. De banaan smaakt weeïg. Ik verschuif de krab en de schaaldieren. De man naast is dol op deze lekkernij. Ik kijk hem een beetje bedremmeld aan. “Hoe eet ik dit?” vraag ik hem. Hij draait het schaaldier om. Met zijn duim schraapt hij het dier los waarbij aan de bovenkant een groen gelei te voorschijn komt. Ik gruwel. “En nu?” Hij stopt het geheel in zijn mond. Voorzichtig peuter ik wat los en neem n hapje. Het smaakt niet eens zo verkeerd. “Open je mond,” zegt de man naast me. Braaf doe ik wat hij me vraagt. Voor ik het weet is mijn mond gevuld. De man schatert het uit en anderen die het schouwspel volgen ook. Ik kauw en ik moet zeggen dat het best te eten is. Met je ogen dicht. Ik neem er nog 1 en laat het daar bij. Nu de krab. Dat is een kwestie van een hap nemen, uitzuigen en de schaal uitspugen, legt de man uit. Een zoutige smaak vult mijn mond. De pootjes kun je open breken en lostrekken. Wat er uit komt eet je op. Niet echt verkeerd. Uit voorzorg heb ik het stukje varkensvlees bewaard voor het laatst en dat smaakt verrukkelijk.
Drie dagen ben ik ondergedompeld geweest door de Polynesische cultuur. Dansen, muziek en vooral billen. Mannenbillen. De derde dag is het beste van al. Ten eerste omdat John nu ook mee is. En het is in een bergplaatsje op een heilige plaats, Me’ae Mauia. De route er naar toe is al een verademing na alle woestijnachtige uitzichten is het nu vruchtbaar groen. Deze Me’ae is net gerestaureerd. Elk stenen plateau heeft weer een eigen tiki gekregen. Dit is de eerste keer dat het in gebruik genomen wordt. De groep uit Ua Pou verwelkomt alle dansgroepen. Waarna zij allemaal optreden. Alles klopt. De natuur. De bijzondere plek. Prachtige mensen. Het weer. Het is absoluut het hoogtepunt van de week.
Mijn camera maakt overuren. Ik switch van foto’s naar filmen en weer terug en probeer ondertussen ook te genieten zonder een apparaat tussen mij en de dansers. Het is overweldigend. Ik hoop dat ik met de foto’s en het filmpje jullie kan laten zien wat wij gezien hebben omdat ik niet de puurste, de authentieke, mooiste, de juiste, woorden vind om het beschrijven.
Photography is a love affair with life
-Burk Uzzle-
Wat is dit schitterend mooi zeg. Wat een geweldige tocht maken jullie. Hartelijk dank voor dit moois.
Wat een ervaring hierbij te mogen zijn
Ziet er geweldig uit
Esther
Wow, impressive! Zo krijgt de ‘Haka’ zoals ik hem ken vanuit een teambuildingsevent ineens een nog veel diepere en bijzondere lading! wat ontzettende bijzonder dat jullie daar bij konden en mochten zijn! je beschreef het al zo mooi en “LEVEN” is het enige waar het echt om draait, zoals Hazes jr. met LEEF geeft dit het al briljant weer. Met veel resect en veel liefs voor het nieuwe jaar, x je (schoon)zus)
Schitterend om dit mee te mogen maken. Wat een belevenis. Zoals gewoonlijk, zo mooi omschreven en een fantastische film. Ik wens jullie alles goeds voor dit jaar en weer mooie belevenissen, zodat wij weer mee kunnen genieten. Liefs, je nicht Carla
Eigenlijk in 1 woord: Geweldig