RHAPSODY

Fatu Hiva

Ik schrik wakker door het starten van de motor. Direct zit ik rechtop. Althans dat probeer ik. Maar elke kleine beweging doet me pijn. Onzichtbaar ducttape houdt me in bedwang. Vastgezet. Gevangen door de slaap. Als een blok ben ik een paar uur eerder in slaap gevallen en heb me sindsdien niet meer bewogen. Mijn hele lichaam is verstijfd. Met mijn rechterarm probeer ik mijn andere lichaamsdelen pijnloos te bevrijden en in de juiste positie te krijgen. Mijn hersenen draaien ondertussen op volle toeren. Motor aan betekent bijna bij ons einddoel. Einddoel betekent land in zicht. En dat betekent dat we bij de Markiezen zijn. “Missie geslaagd,” denk ik tevreden. 400nm tegen de stroom in en met oostelijke winden zijn we naar het noordoosten gezeild. Ik strompel naar de kajuitingang en klauter het trappetje op. Zonder iets te zeggen, geef ik John een kus en voeg me naast hem terwijl hij met zijn armen leunend op de buiskap de omgeving gadeslaat. Ook ik leg mijn hoofd op mijn armen en laat alles op mij afkomen. Een dolfijn springt onverwachts voor onze boeg. Op mijn gezicht verschijnt als vanzelf een glimlach. “Een felicatiegroet.” Ik straal vanwege dit moment. Ik heb zo opgezien tegen deze zeiltocht na verhalen van andere zeilers. De onze verliep echter buitengewoon voorspoedig. De wind was ons zeer goed gezind en stond tijdens de zeiltocht aan onze zijde. De oceaan hield zich in. In amper drie-en-een-halve dag hebben we ons doel bereikt; Fatu Hiva. Voor me ligt een hoog eiland. Donker afgetekend tegen de kleurrijke en almaar lichter wordende achtergrond. Na maanden azuurblauw water, blonde stranden en groene palmbomen is onze wereld na een paar nachten geheel veranderd. De geuren die ik ruik zijn mij onbekend. Als een hond steek ik mijn neus de lucht in om de geuren beter in me op te nemen. Een boeket aan geuren bereiken mijn neusgaten. Bloemen. Specerijen. Rottend fruit. Mango’s. Pompelmoes. Aarde. Ik kan het niet precies thuisbrengen. Het is anders. Nieuw. Als we de baai van Hanavave binnenvaren ervaar ik een onwerkelijke echtheid of een onechte werkelijkheid. Niets, geen foto, geen schilderij, geen woorden op een bladzijde hebben mij op dit uitzicht kunnen voor bereiden.* Links en rechts rijzen hoge bergen op. Groen. Stijl. Kaal. Een muur dat kaarsrecht de lucht door snijdt. Op beelden gelijkende rotspartijen kijken wakend uit op de baai. Wolken sluipen geruisloos over de bergkammen. Gemekker van geiten op de hellingen onderbreekt het geruis van de zee tegen rotsen. Het anker valt en houdt. We ruimen het zeil en lijnen op. Het duurt niet lang of de eerste druppels vallen naar beneden. Talloze buien kletteren op Rhapsody. Ze verzorgen haar, verkoelen haar en masseren haar na het harde werken op de oceaan tegen de golven. Tegelijkertijd liggen we weer naast elkaar op 1 bed zachtjes heen en weer te wiegen. We luisteren naar de regen die steeds zachter klinkt als de slaap ons eenmaal te pakken krijgt.

*Niets, geen foto, geen schilderij, geen woorden op een bladzijde hebben mij op dit uitzicht kunnen voor bereiden.
-David Hewson-

Een gedachte aan “Fatu Hiva