RHAPSODY

parelkoorts

Vanuit de kuip zie ik in een snelle blauwe boot twee mannen gedurende de dag vrolijk zwaaiend langs ons heen varen. Ze gaan naar een lichtgeel huisje aan de waterkant. Uit de boot halen ze kilo’s lange lijnen met groenzwart materiaal en brengen het naar een tafel naast het huisje. Als de boot leeg is en schoon gespoeld, gaan de twee achter de tafels aan het werk. “Ze doen vast iets met oesters.” Na een paar dagen ben ik zo nieuwsgierig dat ik de bijboot pak en met mijn camera naar hen toe roei. Ze hebben door dat ik naar hen kom en zonder te vragen, pakt een van hen mijn lijntje en legt de boot vast. “Bonjour. Qu’est-ce que tu fait? Mag ik zien waar jullie mee bezig zijn?” De man heet me hartelijk welkom en nodigt me uit om verder te komen om te zien wat ze aan het doen zijn. Grote begroeide schelpen worden van de lijnen gehaald. Al het aangroei schrapen de mannen vakkundig  van de schelp en leggen ze daarna in een bak schoon water. De oesterschelpen zijn oud genoeg om aan het werk te gaan. Ze moeten parels maken. Daarvoor moet er nog wel wat gebeuren. De schoongemaakte oesters gaan naar een volgende werknemer die ze voorzichtig een klein stukje open peutert. Het gereedschap van de man verraadt dat het een heel precies werkje is. Hij doet iets in de schelp. Nauwkeurig plaatst hij daarna, op die plek een balletje, een nucleus, terug en een minuscuul stukje vlees. Het weekdier moet het nu verder zelf doen; laag voor laag parelmoer op de nucleus aan brengen. De oesters worden tussen twee rasters geplaatst, vastgemaakt en zijn gereed om teruggeplaatst te worden in het water. Over 18 maanden kan er geoogst worden; ronde glanzende parels. Blinkt de oester uit in zijn werk dan wordt het contract verlengd en krijgt het als beloning promotie. Na het oogsten van een kleine parel wordt er namelijk een maatje groter terug geplaatst. Heeft de oester zijn werk niet goed gedaan, wordt deze opgegeten. Zo’n drie tot vier keer kan een oester een steeds grotere parel fabriceren. Eerder geoogste parels zijn allemaal al naar de veiling in Tahiti gegaan en kan ik ze niet met eigen ogen aanschouwen. De vrouw die het me een beetje uitlegt in het Engels heeft parels als oorbellen die zo glanzen dat ik de reflectie van mezelf er in kan zien. Met een camera vol met beelden roei ik terug naar de boot.

Ik hoef niet te raden waar de oesterschelpen blijven. De lagune ligt vol met boeien van parelkwekerijen. Overal komen we kleine boeitjes tegenals we Gambier verkennen. Onderling zijn ze verbonden met meters lange lijnen en daaraan vastgebonden rekken met oesters. Soms zijn ze zo zwaar zijn dat ze de boeitjes net onder water trekken en onzichtbaar voor ons zijn. Pas op het allerlaatste moment kan ik ze vanaf de boeg zien en John waarschuwen om de motor in zijn neutraal te zetten. Het is een hele puzzel om door die boeienvelden heen te varen.

Gambier staat bekend om de mooiste parels van Frans Polynesië omdat het water betrekkelijk koud is. Tahiti heeft de naam maar veel parels komen hier vandaan. Natuurlijke parels worden al lang niet meer gevonden en zijn een grote zeldzaamheid. Alle parels worden dus gekweekt. Ooit in de jaren 70 hebben de Japanners de techniek naar Gambier gebracht. Intussen is het secure werk overgenomen door goedkopere werknemers uit China. De nucleus, de namaakparel, komt nog steeds uit Japan. Aan de sommige huizen en auto’s te zien, boeren ze goed.

Drie dinghy’s varen door het steeds veranderende kleur blauw van ankerplaats Totegegie naar de overkant richting een parelkweker. We zijn uitgenodigd door Agape, een Amerikaanse boot om mee te gaan. Na 15 minuten varen knopen we ons lijntje aan steiger van een lichtblauw huisje boven het water op palen, dat prachtig opgaat de omgeving. Op die steiger worden met een hogedrukspuit rekken met oesters schoongespoten. Honderden vissen snoepen van het spuitafval. Dada, de parelkweker, heet ons welkom. Grote tatoeages lopen over zijn borst, schouders en bovenarm. Hij wil ons laten zien hoe parels geoogst worden. Het is eigenlijk een kwaliteitscheck die Dada nu uitvoert. Hij bekijkt zijn opbrengst en hij wil weten of de oesters gezond zijn. Eugene sjouwt een schoongemaakt rek naar de tafel in de schaduw van de veranda. Een voor een maakt hij de schelpen los. Hij wrikt een mes tussen de twee schelpenhelften en klapt de oester open. Normaal worden de parels heel voorzichtig geoogst zonder de schelp en oester te beschadigen om zo een grotere nucleus terug te plaatsen.Tien man kijken vol verwachting toe. Ik verwacht een blank weekdiertje met daarbij een glanzende parel. Wat voor mij ligt, lijkt daar geheel niet op. Een glibberige ondefinieerbare zwart groene massa ligt op een van de twee schelphelften. De andere is brandschoon en het parelmoer glimt me tegemoet. Ergens tussen al dat drab zit de parel, maar waar. Dada wijst een boonvormige slijmerig doorzichtig zakje aan. Daar heeft het weekdier de parel verborgen.  Met mijn duim en wijsvinger pak ik het vast en op aanwijzing van Dada knijp ik er zachtjes in. De parel floept er uit. Tussen mijn vingers heb ik een prachtig ronde blauwzwarte parel. Ik draai het rond en rond.  ’t Is dat ik het in mijn hand heb anders zou ik niet kunnen geloven dat dit dier zoiets moois kan maken. Ook de anderen oogsten hun parel en in allerlei kleuren en vormen komen ze te voorschijn. Grijsgroen, roze, goudkleurig. Ik laat mijn parel niet meer gaan. Dit is mijn eerste oogst; een black pearl. En ik houd hem. Het is niet perfect maar de kleur vind ik fantastisch.  “Wil je de oester proeven?” vraagt Dada. Die smurrie is te eten, zeggen ze. Geen haar op mijn hoofd die er aan denkt om dit naar binnen te slurpen. Dada snijdt echter het een en ander weg. Hij zoekt de spier, het eetbare gedeelte. Een blank en stevig stukje legt hij even later op een schelp. “Lekker, gebakken met wat limoen, zout en peper,” zegt John een stukje wegkauwend.

De schelpen die overblijven, worden met zakken tegelijk verkocht aan de Chinezen die er van alles van maken. Eens in de zoveel tijd gaat een zak naar Stefano, de neef van Eugene. Hij graveert oesterschelpen en parels. Ik ben bij hem langs geweest. In zijn huis laat hij schelpen met gegraveerde haaien en schildpadden zien. Allemaal te koop. Trots showt hij ook een fraai huwelijkssieraad met Polynesische patronen. En die is niet te koop. Ik loop achter hem aan naar zijn modderige achtertuin. Daar staat een kleine overkapping van golfplaten. Zijn werkplaats. Kratten vol met schelpen staan opgestapeld. Stefano laat zien hoe hij te werk gaat. Eerst slijpt hij de ruwe  buitenkant eraf. Grote stofwolken ontnemen het zicht op zijn handen. Daarna polijst hij deze tot het glanst. De meest uiteenlopende kleuren komen tevoorschijn. Na het polijsten begint het echte werk. Het graveren. Het is net een boor van de tandarts die hij in zijn handen heeft. Het geluid klinkt in ieder geval hetzelfde. “Creativiteit is net zo belangrijk als bekwaamheid in het graveren want elk ontwerp moet uniek zijn,” legt hij en laat het ontwerp zien van een schelp waar hij mee bezig is. Ik mag het ook eens proberen. Voorzichtig graveer ik, letter voor letter, de naam Rhapsody. In sierlijke letters zet Stefano de namen van het eiland en het dorpje Rikitea erbij en mag ik het meenemen.

Later op een van de strandjes van een eiland bij het rif zie ik een heel grote oesterschelp. “Zou er een in zitten?” De parelkoorts heeft me duidelijk te pakken. John pakt het op. Het is maar de helft en leeg. Helaas.

Pearls don’t lie on the seashore.

If you want one you have to dive for it.

-chinees gezegde-

7 gedachtes aan “parelkoorts

  1. Ina

    Gaaf, een eigen parel. En wat leuk om een gepolijste schelp met Rhapsody te hebben.

  2. Lientje

    Wat een mooie beschrijving. Je hebt nu al zoveel kennis dat je je eigen parelfarm kunt beginnen! Gaaf dat je hem zelf geoogst hebt!
    En heerlijk weer een mooi verhaal MET foto’s!! Liefs

  3. Letta

    Wil je daar nog wat langer blijven? Een ketting van parels, aan elkaar geregen, net zoals jullie verhalen. Een oester maakt een parel uit pijn en mensen moeten moeite doen om ze te verkrijgen, maar wat een schoonheid komt daar uit voort.

  4. Carolien

    Wauw wat een super mooi avontuur! En wat leuk om dit zo te lezen. Ik heb heel wat parelkettingen en parelarmbanden verkocht. Leuk om te lezen hoe het hele proces gaat!!!
    Geniet ze daar!!!
    Lieve groetjes Carolien Wille